171 teams namen dit weekend deel aan de 28ste Rally van Wallonië in Namen, een wedstrijd verreden in zomerse weersomstandigheden. Een tiental WRC’s en 4 S2000’s vormden de kop van de affiche, maar slechts één van die topwagens, de Citroën C4 WRC van Pieter Tsjoen, domineerde de wedstrijd van start tot finish. De zevenvoudige kampioen van België heeft nu 7 overwinningen in de Namense klassieker.
Zomers weer (en enkele kleine buien!), een uitzonderlijk startveld, een vernieuwd parcours: alle elementen waren verenigd om van deze 28ste Rally van Wallonië een groot feest te maken. De wedstrijd begon vrijdagavond met een showproef op de Citadel in Namen. Mark van Eldik (Impreza WRC S14) verraste hier meteen topfavoriet Pieter Tsjoen met de eerste scratch van de wedstrijd. Zou het dan toch een mooi Belgisch-Nederlands duel worden? Toch niet, want daarna werd de wedstrijd volledig gedomineerd door Tsjoen.
Zelfs Alexandre Romain (Citroën C4 WRC), die toch ook enkele snelste tijden reed op de 20 verreden proeven (KP 14 in Naninne werd geannuleerd omdat de veiligheidsvoorzieningen te laat opgesteld werden), slaagde er niet in om de leider te bedreigen: “Zondagochtend hebben we de situatie geanalyseerd. Met 22 seconden achterstand was het onmogelijk om op regelmaat terug te komen. Tweede worden achter Tsjoen, de grote referentie in België, is geen schande. Maar, ik weet dat ik nog beter moet worden. In mijn rijstijl en in mijn voorbereiding op de wedstrijden!”
De winnaar genoot met volle teugen van zijn 7de recordzege: “Ik moet toegeven dat ik meer risico’s heb moeten nemen dan in andere wedstrijden. Alexandre heeft me echt wel gedwongen om de limiet op te zoeken. Dat is ook de enige manier om efficiënt met de C4 WRC te rijden. Je mag met deze wagen, ontwikkeld voor een fabriekspiloot, niet relaxen, maar je moet voluit blijven aanvallen. Met drie zeges staan we al dicht bij een zevende titel. Vier overwinningen moeten volstaan om de Belgische titel te veroveren,” vertelde Pieter Tsjoen.
Achter beide Citroëns verloren we al snel enkele kanshebbers op een podium. Hubert Deferm (Impreza WRC S10) moest zaterdagmorgen zijn rijbewijs inleveren na een snelheidscontrole op verbinding en David Bonjean parkeerde zijn Peugeot 307 WRC tegen een boom in Natoye. Ondertussen had ook Melissa Debackere (Impreza WRC S12) kostbare seconden verspeeld door remproblemen. De amazone uit Wervik pakte hierdoor 60sec straftijd in een lange servicebeurt, waardoor ze het duel om de derde plaats definitief verloor van Van Eldik. De 5de plaats, op meer dan 5 minuten van Tsjoen, van de Nederlander Edwin Schilt (Subaru WRC S14) was een verrassing, want Schilt ontdekte het parcours van de Rally van Wallonië.
Hans Weijs Jr zorgde voor de stunt van de rally met een schitterende 6de plaats algemeen. Een prestatie die beloond werd met de BFO Award. Met zijn Citroën C2 Super 1600 klopte hij zelfs zijn landgenoot Bernhard Ten Brinke, winnaar bij de Super 2000’s met zijn Skoda Fabia. In Gr N ging de zege naar Cédric Cherain (Renault Mégane RS) nadat eerste leider Jonas Langenakens (Lancer Evo X) heel wat tijd verloor met een defecte gaskabel. Gert Huzink profiteerde hier mede van door zich tussen de Renault en de Mitsubishi op een 9de plaats te zetten. De Nederlander had hierbij enkel oog voor de chrono’s van zijn titelconcurrenten, waarvan hij ruimschoots de snelste was.
In GT leek Tim Van Parijs voor een stunt te zorgen. Hij parkeerde zaterdag in de loop van de dag zijn Porsche 996 GT3 op de 5de plaats algemeen, tussen de WRC’s van Van Eldik en Schilt, tot hij gestopt werd door een gebroken riem van de alternator. De GT-categorie werd trouwens snel onthoofd, want Chris Van Woensel (Nissan 370Z, versnellingsbak), Debyser (Porsche GT3, gescheurde waterdarm) en Kenis (BMW Z4 M, aandrijfas) moesten ook vroegtijdig opgeven. Zondag gingen ze wel opnieuw van start in SuperRally (in totaal 20 herstarters), maar louter voor de eer en het spektakel. Francis Lejeune, de enige overlevende GT, redde de eer van de Porsches met een top 10 algemeen.
In de merkencups was het ook spannend. Minder in de Citroën DS3 Trophy in R3T, waarin Cédric De Cecco al vroeg verlost was van Caren Burton, die motorproblemen kende op KP 1. Bij de Citroën C2’s van de Trophy was de strijd bijzonder fel, temeer omdat enkele piloten buiten de Trophy mee kwamen strijden in R2. Voor hun problemen, streden David Croes (opgehouden door een sortie), Kevin Demaerschalk (versnellingsbak), Nicolas Damsin (wielbouten) voor de overwinning. De zege in R2 had uiteindelijk naar Matthias Boon moeten gaan, maar een optimistische passage op de jump in Naninne beschadigde de radiator van zijn Skoda Fabia R2. Xavier Baugnet liet de kans niet liggen en won in R2 en tevens de strijd in de Citroën C2 Trophy. Ondanks een lekke band, won Manuel Canal-Robles de boeiende strijd met drie van Arellano (remproblemen en stuurbekrachtiging, gevolgd door een gemiste remzone op de voorlaatste proef) en Servais (die het betreurde dat hij zaterdagavond geen intermediates monteerde). Kris Princen, aan de start met een Renault Twingo R2, bewees dat deze kleine Franse wagen heel wat potentieel heeft.
